Jos D'hollander

Beiaardier, organist, muziekpedagoog, componist, dirigent,…

Jos D'hollander werd geboren te Sint-Pauwels op 8 januari 1934.
Hij volgde 3 jaar de kosterschool in de Bisschoppelijke Normaalschool te Sint-Niklaas en behaalde in 1952 met grote onderscheiding het diocesane kosterdiploma met o.m. de uitvoering ‘Preludium en Fuga in G voor orgel’ (manueel en pedaal) van J.S. Bach. Kosterschool in 1952 - 1 Herman Van Santen (directeur Muziekacademie Ninove), 2 Julien Willems (laureaat Lemmensinstituut; koster in West-Vlaanderen), 3 Koster in Lotenhulle, 4 E.H. Ignace De Sutter, 5 Jo Van Eetvelde (directeur Muziekacademie Lokeren en stadsbeiaardier), 6 Eugeen Van Goethem (koster in Burcht), 7 Jos D'hollander (met rouwbandje door overlijden van zijn grootvader Albert Van Mele).
Hij studeerde verder aan het Lemmensinstituut te Mechelen en in 1956 werd hij er laureaat. In 1957 behaalde hij het Hoger Diploma, Prijs Uitmuntendheid als solist met het Pianoconcerto in d van Martinus de Jong. In datzelfde jaar werd hij docent orgel aan de middelbare afdeling van het Lemmensinstituut.

Van 1959 tot 1962 was hij tevens organist en koorleider in de dekenale kerk te Bladel (Nl.) en ook directeur en leraar orgel aan de Noord-Brabantse muziekschool te Bladel (Nl.)

In 1962 verlegde hij zijn werkterrein naar Aalst. Hij werd er organist in de Sint-Jozefkerk, werd er benoemd aan het Sint-Maarteninstituut voor de Humaniora Grieks-Latijn en was leraar muziek-esthetica in de Handelsafdeling van datzelfde instituut. Het jaar daarop, in 1963, werd hij ook nog leraar orgel in de Muziekacademie aldaar.

In 1964 werd hij organist in de Onze-Lieve-Vrouwkerk te Sint-Niklaas.

Vanaf 1965 werd hij fulltime professor aan het Lemmensinstituut in Leuven (Hogeschool voor Wetenschap en Kunst, campus van de Leuven University College of Arts) tot zijn op pensioenstelling in 2000. Hij was docent harmonie, praktische harmonie en liedbegeleiding.

In 1972 was hij laureaat in de Koninklijke Beiaardschool te Mechelen en vanaf 1973 tot 1990 doceerde hij er campanologie (klokkenkunde), beiaardgeschiedenis, harmonie voor beiaard en beiaardspel.

In 1973 werd hij tevens benoemd als stadsbeiaardier van Sint-Niklaas en in 1982 van Gent. Het inauguratieconcert in Gent ging gepaard met het luiden van Clocke Roeland en een Beiaardtentoonstelling in het NTG.

Vanaf 1973 nam hij deel aan de voornaamste internationale beiaardfestivals in Europa, de Verenigde Staten en Canada.

Als concertbeiaardier werd hij drie achtereenvolgende jaren bekroond op het internationale beiaardconcours ‘Léon Henry’ te Mechelen, waar ook zijn beiaardcompositie ‘Triptiek op Gregoriaanse Motieven’ werd bekroond. 

In de jaren 90 werden zijn zomerconcerten in Antwerpen massaal bijgewoond.

Verschillende van zijn composities (orgel, koor, beiaard) zijn opgenomen op een vijftal LP’s en op vier CD’s.

Hij gaf een succesrijke lentecursus beiaard in Portugal in het kader van het Belgisch-Portugees Cultureel Akkoord, gevolgd door de inauguratie van de gerestaureerde beiaard van het Nationaal Paleis te Mafra.

Als artistiek adviseur was hij betrokken bij de restauratie van de beiaarden te Geraardsbergen, Gent en Sint-Niklaas en als ontwerper bij de instrumenten van Mechelen, Temse en de Brusselse Parlementsbeiaard.

Hij schreef honderden artikels voor diverse tijdschriften en was tot 2000 bestuurslid van de Vlaamse Beiaardvereniging en eindredacteur van het VBV-Magazine (Vlaamse Beiaardvereniging-Magazine). In 2003 kreeg hij het erelidmaatschap van deze vereniging.

{gotop}