Ode aan de Zwijnerij 

Een man is wat hij eet, ik eet graag varkenskop

So what, mijn oogjes kijken pienter toch

Ik heb een poot om op te staan

ik neem meteen het hele zwijn!

 

Een handdruk moet stevig zijn!

De lach vet! De varkenswangen bol!

Mijn spekvet wijst de stamppot aan

Mijn lief druipt van de jus

 

Misschien neem ik nog wat savooi sushi

met sesamdip, wat schaafsel van een truffel

tartaar met rammenas, carpaccio van rode biet

een zweem van ossenstaart op een bed van pompernikkel

 

Een heer die vreet uit vuist

hoeft niet volmaakt als varken.

Norbert De Beule - regent 1977