29 januari 1977 - Korpsfeest Bisschoppelijke Normaalschool

Het behoorde tot de geplogenheden van het jaarlijks personeelsfeest dat de nieuwe leerkrachten zich even 'in 't sotte' aan hun collega's voorstelden. Aangezien we voor het schooljaar 1976-77 een ware invasie van newcomers beleefden, werd gedacht aan een grondig groepswerk.

Er werd een heuse 'Wies Andersen-show' - in die tijd een zeer populaire TV-show - opgevoerd waarvan hieronder een reconstructie.

Wies Andersen-show

Rolverdeling:

Wies Andersen: Luc De Winne

Speler 1: Hubert Vercauteren

Speler 2: Sibron Houttequiet

Guido Druivelaar (Van den Wijngaert): Freddy Van Hove

Amedee Delaforge (De Smet): Stella Verlinden

Maurice Duchalet (Tachelet): Herman Keppens

August Van de Velde (Van Acker): Danny Backeljau

Show

Wies: Goede avond, dames en heren. Opdat de kijkers hun wekelijkse kwis niet zouden missen, kwissen wij vandaag in uitgesteld relais vanop het korpsfeest van de B.N.S. te Sint-Niklaas. Ik stel u graag de kandidaten voor.

Speler 1: Ik speel voor het gesticht Sint-Franciscus te Sint-Niklaas. Dat is een instelling voor overwerkte leraars tussen 20 en 65 jaar. Het geld dat ik win zal besteed worden aan het aanleggen van een viaduct vanaf de Kasteelstraat naar de lerarenparking, zodat de leraars niet meer over de speelplaats hoeven te rijden om de parking te bereiken.

Wies: Dank u wel. En dan stellen wij onze tweede kandidaat voor.

Speler 2: Ik speel voor de B.N.S. ook te Sint-Niklaas. B.N.S. staat voor Bisschoppelijke Normaalschool Sint-Niklaas en dat is in feite een instelling die het gesticht Sint-Franciscus en de daarbij horende oefenscholen overkoepelt. Het geld dat ik win zal aangewend worden om een nieuwe wagen te kopen voor de directeur.

Wies: Ziezo, dat weten we dan ook al. En nu gaan we kennismaken met de pannelleden.

Druivelaar: Mijn naam is Guido Druivelaar. Ik ben gehuwd en heb twee kinderen. Ik woon in Sint-Niklaas, al ben ik in feite van Muizen en ben leraar Nederlands en Duits. Je mag mij alles vragen over talen, maar niets over wetenschappen. Over verzekeringen ben ik ook niet te spreken.

Wies: Dank u wel. En onze tweede kandidaat is dan...

Delaforge: Ik ben Amedee Delaforge. Ik ben gehuwd en heb drie kinderen. In het dagelijks leven ben ik leraar Frans in dezelfde school, waar ik mijn overuren vul door vakbondsafgevaardigde te spelen.

Wies: En ons derde lid is Maurice Du Chalet.

Du Chalet: Ik ben inderdaad Maurice Du Chalet. Ik ben leraar geschiedenis. Mijn hobby is body-building. Ik hou van kanovaren en fietsen in de living.

Wies: Hebt u kinderen?

Du Chalet: Ja, kwismaster, vier.

Wies: En dan maken we kennis met ons vierde pannellid.

Van de Velde: Ik ben August Van de Velde. Ik ben pedagoog. Mijn interesse ligt vooral op het vlak van postzegels verzamelen en de sneeuwklassen. Ik heb nog geen kinderen, buiten de school toch niet.

Wies: En dan kunnen we beginnen met de kwis. U kent het systeem, heren: goed antwoord is vijf pinten, slecht antwoord is nul punten. Wij beginnen uiteraard met de eerste vraag: "Waarom staan er bomen op de speelplaats?"

Speler 1: Ik tip op Druivelaar.

Druivelaar: Omdat de leraars anders alleen maar leerlingen zouden omver rijden.

Wies: Dat was een goed antwoord.

Tweede vraag: "Wat is het beste merk voor een retroprojector: Suzuki, Douwe Egberts of BMW?"

Speler 2: Ik tip op Du Chalet.

Du Chalet: (glimlachend) Ik denk BMW, want die gaan minstens twee maanden mee.

Wies: Opnieuw een schitterend antwoord! 

Derde vraag: "Waarvoor staat de afkorting C.V.M.N.O.?"

Speler 1: Ik tip op Delaforge.

Delaforge: (twijfelend) Communistische vereniging met nieuwe onderwijsprincipes.

Van de Velde: (woedend) Christelijke!

Wies: Fout!  Katholieke!

Vierde vraag: "Het schooljaar 1976-77 verliep in het begin:

                      a. van een leien dakje

                      b. met de moed der wanhoop

                      c. normaal

Speler 2: Ik tip op Van de Velde

Alle pannelleden: Van een leien dakje.

Wies: Dat is uiteraard een perfect antwoord. We gaan nu even kijken naar de tussenstand bij het publiek:

            Jef De Cock: andere knie stuk.

            Paul Van Dam: twintigste pint en vijfde uiltje naar binnen.

            Amedee De Smet: zes nierspoelingen en vijf sigaren.

            Directeur: ontmaskerd.

            Guido Colpaert: vierde leerling omver gereden.

            Herwig Van Pottelberge: al in slaap gevallen.

En nu de vijfde vraag: "Het is de liefste collega van de school, het houdt van warmte, is zuinig en wordt ervan verdacht van aandelen te hebben bij Zwarte Kat. Wie is het?"

Speler 1: tipt op Druivelaar.

Druivelaar: Ingrid Verstappen.

Wies: Fout! Het is André Van Duyse.

Druivelaar: Ik had het goed voor, maar ik zei het verkeerd.

Wies: Zesde vraag: "Hoeveel pedagogen zijn er hier op school en waarom?"

(Maurice vraagt om even te herhalen - dat gebeurt).

Speler 2: Ik tip op Van de Velde.

Van de Velde: Een half pond - euh, een half dozijn.

Wies: Mis! Zeven. U vergat de directiesecretaris!

Zevende vraag: "Waarom is de trap van de priesters zo gevaarlijk?"

Speler 1: Ik tip Delaforge.

Defaforge: Omdat er geen leerlingen meer mogen komen om de schok van het vallen te breken.

Wies: Zeer goed. 

En nu de laatste vraag: "Combineer telkens figuur en geschenk." (Zegt de namen op van het antwoord en de geschenken, uiteraard door elkaar.)

Speler 2: Ik tip op Du Chalet.

Du Chalet: Ik zou het volgende voorstellen:

                        Directeur: automatische piloot met valhelm.

                        Amedee: blauwe vest en bruine broek.

                        Van den Wijngaert: paal met nachtverlichting en mistlamp.

                        Luc De Rijck: schepenzetel voor zijn zuster.

Wies: Correct beantwoord. Dat brengt de totaalscore op 10 voor het Gesticht Sint-Franciscus en op 15 voor de BNS die meteen de eerste prijs in de wacht sleept.

(Wies krijgt bloemen van verteller.)

(Kasteelgalm, Pasen 1977)