Stefaan Van den Abbeele ontving de Aalsterse Vredesprijs op 26.01.2025

Op 26 janauari 2025 werd de 37ste Aalsterse Vredeprijs uitgereikt door het 'Comité Werken aan de Vrede' aan Stefaan Van den Abbeele.

De Vredesprijs is een jaarlijks eerbetoon van het 'Comité Werken aan de Vrede' die “een persoon of een vereniging uit de brede regio Aalst in het zonnetje zet omwille van zijn/haar inzet voor vrede en verdraagzaamheid. De laureaten moeten meer dan louter professioneel begaan zijn met hun inzet. Zij moeten werken aan een goede verstandhouding tussen alle mensen.”

Stefaan Van den Abbeele werd als onderwijzer gediplomeerd aan de Bisschoppelijke Normaalschool in Sint-Niklaas in 1978. Hij komt uit Oudegem, maar sinds 1997 woont hij in Aalst. Als voorzitter van het 'Vredeshuis' in Aalst en 'Comité Werken aan Vrede' onderneemt hij er veel acties voor meer verdraagzaamheid en respect. 

Wat heeft het Comité gemotiveerd om voor hem te kiezen?

Enkele uittreksels uit de toespraak van Paul De Witte namens het Comité.

Op de eerste plaats omdat hij zich in de laatste jaren mateloos heeft ingezet voor de zaak van vrede.
Zo heeft hij de taak op zich genomen om na het overlijden van Jef De Loof (1927-2017) voorzitter te worden van het Vredeshuis. Die keuze moet voor hem een grote uitdaging geweest zijn, die hij met verve heeft vervuld.
Kijken we maar naar de talloze artikels die hij heeft geschreven voor het driemaandelijks tijdschrift van het Vredeshuis.
Ook herinner ik mij toen wij op initiatief van Stefaan met velen een grote stiltekring op het Werfplein maakten naar aanleiding van de inval van Rusland in Oekraïne. Er zijn daarna nog dergelijke stiltekringen gevormd op an-
dere Aalsterse pleinen.
Enkele weken geleden heeft Stefaan verschillende Aalsterse groepen gemotiveerd om samen in Netwerk een vormingsavond te organiseren rond het boek van professor Bram Vervliet over de vraag wat mensen bang en ang-
stig maakt. Ook dit initiatief was een teken van concreet werken aan vrede door mensen van verschillende levensbeschouwingen in volkomen openheid hierrond samen te brengen.
Wat ons treft in de inzet van Stefaan voor vrede is dat hij nooit het breder plaatje uit het oog verliest en dat vrede veel meer is dan de afwezigheid van oorlog. 
Vrede heeft ook te maken met de strijd tegen de verdere verstoring van het klimaat, die het gevolg is van de blijvende uitbuiting van ons natuurlijk leefmilieu. 
Vrede heeft ook te maken met de wijze waarop wij ons inzetten voor de democratische organisatie van onze samenleving. 
Kortom, vrede heeft ook te maken met maatschappelijke en interpersoonlijke empathie, die ons in staat stelt te luisteren naar de andere mens, die letterlijk anders is dan wij. Werken aan solidariteit is werken aan wat we “de tederheid onder de volkeren” kunnen noemen.
Tenslotte keer ik nog eens terug naar de levensweg van Stefaan. Deze weg is getekend door de vraag: hoe kan ik mijn bijdrage leveren aan de weg naar vrede? Stefaan, die gestudeerd heeft voor onderwijzer en nadien ook voor onderwijspedagoog, koos na zijn studies voor burgerdienst, die hij heeft gedaan binnen de organisatie Jeugd en Vrede. Daar werd hij bevestigd in zijn inzicht hoe belangrijk vredesopvoeding is en blijft. Het feit dat Stefaan leraar is en zijn taak met enthousiasme op zich blijft nemen, geeft hem de kans om volop de weg van vredesopvoeding te kiezen en die
aan jongeren door te geven. In deze tijden waarin oorlogen woeden en jaar na jaar tienduizenden meestal onschuldige slachtoffers maken, is vredesopvoeding, niet alleen bij jongeren, maar ook bij volwassenen meer dan nodig.
Besluit: om al deze redenen hebben wij als 'Comité Werken aan de Vrede' er unaniem voor gekozen om aan Stefaan de Vredesprijs toe te kennen.
Gefeliciteerd!

Het dankwoord van Stefaan Van den Abbeele

Toen ik op zondag 24 november rond 10u30 opgebeld werd met het nieuws dat ik verkozen was tot de 37ste laureaat van de Vredesprijs, moest ik toch even gaan zitten. Want het betekende voor mij een totaal nieuwe positie. Ik, die de voorbije 10 jaar deelnam aan de verkiezing, was nu zelf de uitverkorene. Dat was toch wel even wennen. Ik ben immers meer vertrouwd met ‘geven’ dan met ‘krijgen’. Ik voel me beter bij delen dan bij ontvangen. Zo ben ik opgevoed, dat heb ik geleerd. Geef anderen een compliment, maar blijf zelf bescheiden.

Ook vandaag, negen weken later, doet het wat met een mens. Het maakt heel wat los bij mij. In de eerste plaats herinneringen aan mijn burgerdienst in het Huis van de Vrede in Brussel. Die begon in augustus 1983 en goed twee maanden later was ik van nabij getuige van de tot nu toe grootste betoging ooit in België. Meer dan 400.000 actievoerders kwamen de straat op. Toen de eerste groepen in Brussel Zuid aankwamen, moesten andere nog vertrekken aan Brussel Noord. We konden amper volgen aan onze infostand. Iedereen wou stickers, badges, vlaggen, t-shirts, brochures… De verontwaardiging over een mogelijke plaatsing van kernwapens in ons land was enorm, de angst voor een atoomoorlog was groot, maar ook het verzet was gelukkig massaal en creatief. Ik zou uiteindelijk geen 20 maanden maar 5 jaar bij Jeugd & Vrede werken.

Veertig jaar later maken we opnieuw een wapenwedloop mee: overal worden politici onder druk gezet om meer miljarden te investeren in bewapening, het militair-industrieel complex draait op volle toeren, oude wapensystemen worden op grote schaal vernieuwd en  – dat leert ons de geschiedenis – zullen miljoenen slachtoffers maken.  Of ze nu wel of niet op het slagveld ingezet worden, doet niet ter zake. De militaire investeringen gebeuren immers te koste van besparingen in de sociale zekerheid (denk maar aan de hervorming van de pensioenen of van de werkloosheidsuitkeringen), maar ook ten koste van de miljarden voor de  economische transitie nodig vanwege de klimaatverandering, om nog maar te zwijgen over de besparingen in ontwikkelingshulp.

Werken aan de vrede is ruimer dan protesteren tegen oorlog. Het gaat over elke inspanning voor een menswaardig bestaan. Ik denk aan vluchtelingen zonder land, kinderen zonder thuis, zieken zonder zorg, boeren zonder grond, vrouwen zonder stem, mensen zonder rechten, dorpen zonder water, leerlingen zonder leerkrachten, jonge mensen met ’n diploma zonder werk… vul maar aan. Die brede invulling vind je terug in de variatie bij de vorige 36 Vredesprijswinnaars.  Elk jaar opnieuw zet het comité Werken aan de Vrede “iemand uit de brede regio Aalst extra in het zonnetje omwille van zijn/haar inzet voor vrede en verdraagzaamheid”.  Hiermee gaat zij in tegen de invloedrijke media die opzettelijk minder bericht over hoopvolle initiatieven die werken aan de ‘Grote Ommekeer’. Ik sta nog altijd achter onze 12 symbolische Vredesprijzen die we tijdens corona uitgereikt hebben aan vertegenwoordigers van beroepsgroepen en verenigingen die met positieve acties de belemmeringen, de moeilijkheden en de pijn verzachtten.

Ja, er is heel wat leed in de wereld en we mogen onze ogen niet sluiten. Het is wel maar één kant van de medaille. De andere kant is mijn en jouw grote betrokkenheid op en liefde voor de aarde en haar bewoners. We hebben de voorbije jaren samen uiteenlopende initiatieven genomen. Ik wil jullie vandaag hiervoor uitdrukkelijk bedanken. Zonder jullie was er geen ‘Mars  voor Verdraagzaamheid’, zonder jullie waren er geen 11.11.11-standen aan de supermarkten geweest, zonder jullie geen Priester Daens Vredesloop, zonder jullie zat ik alleen in de cinema voor een film i.s.m. de Filmclub of Netwerk, zonder jullie geen stiltecirkels tegen de Russische inval in Oekraïne…  

Als ik naar de toekomst kijk, is die op zijn zachtst uitgedrukt onzeker en verontrustend. Vandaag hebben multimiljonairs zelfs geen slippendragers en geen lobbyisten meer nodig. Ze gaan nu zelf in de politiek en zitten in de regering. Meer dan ooit zal het zogenaamde middenveld de krachten moeten bundelen om met enige kans op succes tegen de neoliberale stroom en het fake news in te roeien. Het is dan ook een goede zaak dat in Aalst verschillende verenigingen de weg naar elkaar gevonden hebben en via samenwerkingen vredesinitiatieven mogelijk maken. Ik wil dan ook eindigen met een paar concrete plannen en nog uit te werken ideeën.

  • Vrijdag a.s. vertonen we i.s.m. Netwerk de documentaire ‘De laatste joodse zomer’ a.v. de Internationale Herdenkingsdag van de Holocaust. Wat kunnen we leren van de gebeurtenissen die in Antwerpen plaatsvonden in de zomer van 1942?
  • Op donderdag 8 mei houdt Jonas Van der Slycken een lezing over “een economie die zorgt voor mens en planeet”.
  • Gezien de toenemende oorlogen, oorlogstaal en oorlogseconomie droom ik, naar analogie van de vaderlandslievende optochten op 11 november, van een vredesmars langs onze vredesmonumenten op zondag 21 september, de Internationale Dag van de Vrede.
  • En tenslotte kan ik u ook melden dat we samen met het CC De Werf proberen om in november een Palestijns circus naar Aalst te halen.

Dankjewel voor het eerbetoon met deze Vredesprijs en dankjewel voor de jarenlange trouwe steun. En voor wie er mocht aan twijfelen omdat deze prijs lijkt op een Lifetime Achievement Award: ik ben voorlopig nog niet van plan om te stoppen met vrijwilligerswerk. Maar wie ons bestuur wil komen versterken, de ploeg verjongen of de werking vernieuwen, je bent van harte welkom!

Vrede is de weg, ga door!