Daan

Hij weet nog niet wat hij ziet,

maar kijken doet hij des te

meer - naar alles wat beweegt

en om zijn aandacht vraagt.

Hij dringt je wereld binnen,

een nieuwe zijrivier,

eist zijn plaats op in je leven

onherroepelijk geboren.

Hij kijkt je met die blauwe

ogen vol verwachting aan

hij begint al te genieten

van wat weldra gaat komen.

Heftig spartelend met

zijn armen en zijn benen

bereidt hij zich voor op het

kruipend en lopend bestaan.

Hij kan nog niet vermoeden

wat de toekomst brengen zal;

zijn achteruitkijkspiegel

zal hem later alles tonen.

Eén ding is zeker: wanneer

hij zo oud zal zijn als ik nu

- ergens eind van deze eeuw -

dan zal ik zijn vergeten.

Jos De Rudder - oud-leraar - 24 september 2017