Pol Verstraete

p verstraetePol Verstraete werd geboren te Ursel op 09.04.1935

Hij behaalde het diploma van onderwijzer aan de Bisschoppelijke Normaalschool te Sint-Niklaas in 1955 en twee jaren later, in 1957, het diploma van regent Letteren.

Hij werd op 2 september 1957 leraar aan de middelbare oefenschool van de Bisschoppelijke Normaalschool te Sint-Niklaas.

Hij ging met pensioen op 01.09.1996.

Bij zijn zilveren jubileum: 25 jaar leraar aan de BNS

Geboren te Ursel op 9 april 1935

Wonende Heistraat 86 te Sint-Niklaas

Gehuwd met Bernice Mestdagh

Studeerde tot en met de 5de Latijnse aan het Sint-Lievenscollege te Antwerpen en daarna volgde hij onderwijzers- en regentaatsopleiding aan de Bisschoppelijke Normaalschool te Sint-Niklaas.

Onderwees er van 1957 tot 1962 aardrijkskunde, biologie, Nederlands, geschiedenis en muziek. Daarna slechts de drie laatstgenoemde vakken. 

Terugblikkend op de voorbije 25 jaar is een vijfvoudige evolutie vast te stellen, gebaseerd op een mentaliteitsverandering. De leerlingen leggen nu meer openheid aan de dag, wat positief kan zijn zolang die openheid niet in brutaliteit omslaat, wat al eens gebeuren kan. De meest opvallende wijziging in het lerarenkorps is er een in negatieve zin: de leerkrachten treden te nonchalant of te laks op. Ze grijpen niet meer  kordaat in in conflictsituaties. Wel is de enorme uitbreiding van het korps op alle fronten toe te juichen, inclusief de vrouwelijke inbreng. De oorzaak van de eerder negatieve mentaliteitsverandering van al wie bij de school betrokken is, is misschien te zoeken in het feit dat vandaag de dag bepaalde waarden op de helling geplaatst worden. Dat leidt op zijn beurt tot een 'er-maar-op-los-leven'. Tenslotte is het te betreuren dat het aantal vergaderingen steeds opgedreven werd. De vraag rijst of het aantal echte resultaten daarmee evenredig is.

Goed dat Pol zich in zijn werk behaaglijk voelt: voor hem bestaat er geen alternatief voor het lerarenambt. Beter nog: een vak dat hij liever zou geven dan wat hij nu onderwijst is er niet! De prettigste ervaring is trouwens ook de muzikale samenwerking met oud-leerlingen. Minder prettig voor Pol - voor wie niet? - zijn bepaalde vormen van vandalisme op school.

En hoe zit het thuis? Schilderen, behangen en vloerbedekking plaatsen zijn het plezierigst. Eigenlijk valt het nog best mee want voor Pol zijn er geen hatelijke karweien. Reden: die doet-ie gewoon niet. Reizen onderneemt hij ook niet meer: hij is (nu) al moe-gereisd. Het is beter rustig thuis te zitten met wat oude, middeleeuwse of renaissance-muziek, of in een hoekje met een boekje jeugdlectuur of moderne 'vreemde' auteurs in vertaling. Wat de Nederlandstalige literatuur betreft, genieten vooral Aafjes en Den Doolaard zijn voorkeur.

Schuchter vermeldt Pol schaken en biljarten als favoriete sportbeoefening. Een kordater antwoord wordt gegeven op de vraag naar zijn hobby: zingen!

Visgerechten verteert hij het best, bij voorkeur tarbot in alle mogelijke bereidingsvormen. Een glas goede Bourgogne-wijn zal hij zelden weigeren.

(Kasteelgalm, zomer 1982) 

Pol Verstraete: vijfentwintig jaar enthousiast musiceren

Wie dagelijks geconfronteerd wordt met het jonge enthousiasme waarmee Pol Verstraete zich steeds opnieuw inzet voor de jeugdmuziek op school, verwondert het misschien dat het dit jaar reeds vijfentwintig jaar geleden is dat hij zijn eerste (schuchtere?) stappen als leraar in onze school heeft gezet. Van jongsaf muzikaal doorkneed in het jeugdkoor van de Antwerpse Dominikanen, waarvan hij later zelf dirigent is geworden, zat de muziek hem als het ware in het bloed. Hier maakt hij kennis met E.H. pater De Zutter van wie hij de verzamelwoede voor fonoplaten erfde, zodat hij nu over een indrukwekkende discotheek beschikt. Met dit koor werd zelfs een rondreis gemaakt door Vlaanderen, (wij schrijven 1945-46), om de kerk, die gedurende de tweede wereldoorlog volledig verwoest was, herop te bouwen.

Reeds al normalist in onze school maakte hij kennis met E.H. Ignace De Sutter, die onmiddellijk oog had voor zijn talrijke muzikale talenten. Omdat zingen, voor Pol steeds belangrijker werd, volgde hij muziekcursussen bij de Halewijnstichting, toen geleid door de befaamde muziekpedagoog Hans Dirken. Spoedig ontpopte hij zich daar als een onmisbare tenor. Aan deze periode met het Halewijnkoor, en in het bijzonder aan de bezielende leiding van Hans Dirken, bewaart hij prachtige herinneringen zoals de uitvoering van de Passionen van J.S. Bach. Deze rijke ervaring wou hij beslist aan zijn leerlingen doorgeven.

Het spreekt dan ook vanzelf, dat hij onmiddellijk na zijn diplomering van wal stak met een knapenkoor voor de leerlingen van de lager secundaire afdeling. Ontelbare jonge mensen kregen hier voorgoed de muzikale microbe te pakken. Talrijke uren middagstudie vonden door de gedisciplineerde koorherhalingen op die manier toch nog een nuttige bestemming.

Het toen gezongen repertorium weerspiegelde de smaak van de dirigent. Volksliederen en renaissancewerken kwamen ruimschoots aan bod. Na een groeiperiode kreeg het koor de naam 'Clemens non Papa'. Vele oud-leerlingen bewaren aan dit koor prettige herinneringen door de optredens op oud-leerlingendagen en diploma-uitreikingen. Het hoogtepunt van deze koorwerking was ongetwijfeld de Lourdesreis in de zomer van 1972. Ook het verzorgen van de kerstnachtmis bij de zusters Arme Klaren behoorde tot de tradities. Spijtig genoeg werd het koor het slachtoffer van de vijfdaagse werkweek.

Ondertussen was Pol echter reeds gestart met het aanleren van sopraanblokfluit aan de eerstejaars. Voor meer gevorderden kwamen er spoedig ook lessen op de altblokfluit. Het wegvallen van de koorwerking had ondertussen de nodige ruimte geschapen om te starten met een volwaardige speelschare. De gekende veeleisendheid van Pol, stond ook hier nooit de intense musiceervreugde van de deelnemers in de weg, maar was een waarborg voor een steeds stijgend peil. Deze speelschare zorgde dan ook voor enkele gesmaakte intermezzi in het televisieprogramma 'Ten huize van E.H. Ignace De Sutter'.

Door ongekend succes van de speelschare werden enkele oud-leerlingen door Pol aangesproken om hem bij zijn talrijke activiteiten bij te staan. In 1975 werd het instrumentarium verrijkt met een kromhoornkwartet, waarmee de school haar waardering toonde voor de jarenlange inzet. Sindsdien heeft ook deze speelschare reeds 10 vruchtbare werkingsjaren achter de rug.

Ondertussen hadden ook een aantal, door Pol gevormde, oud-studenten de nood aangevoeld om te starten met een muziekweek waar jonge mensen op een stijlvolle, maar toch spontane manier samen konden musiceren. Het hoeft nauwelijks gezegd dat Pol ook nu weer onmiddellijk enthousiast zijn medewerking verleende. Dank zij de gewaardeerde steun van de schooldirectie en van de eerwaarde zusters groeide reeds de eerste muziekweek uit tot een onverhoopt succes, dat inmiddels reeds werd herhaald.

Gedurende deze weken komt de muzische geest in vele aspecten aan bod. Een vijftigtal jonge mensen tussen tien en twintig jaar zingen, volksdansen en musiceren samen, elk op zijn eigen niveau. Voor wie dit nooit meemaakte, is het onvoorstelbaar welke diepe vriendschap hier op één enkele week door de muziek gesloten wordt. Ook voor Pol zelf betekenen deze weken de apotheose van een jaar muzikale schoolwerking.

Alsof dit alles nog niet volstond, groeide uit de leidingsgroep van deze muziekweek ook nog een kamerkoor, met name Lyderick. Het zal nu wel niemand meer verbazen, dat ook nu weer de grootste stimulans uitgaat van Pol zelf. Zijn jarenlange muzikale ervaring maakt hem ook hier tot spil van dit vocaal ensemble.

Kortom, Pol heeft in al deze jaren een onvoorstelbare schat aan muzikaal pedagogisch werk gepresteerd. Door al zijn activiteiten werden ontelbare jonge mensen gewonnen voor de eeuwige schoonheid en onuitspreekbare levenskracht die alleen de ware muziek in zich draagt.

In naam van de talloze oud-leerlingen, die aan Pol een schitterende herinnering bewaren, zeggen wij hem van harte dank en hopen wij nog vele jaren zijn aanstekelijke geestdrift te mogen smaken.

(Marc Smet, Luc Smet, Chris Soetens en Ludwig Lybeert in 'Kasteelgalm', herfst 1981) 

Pol Verstraete zijn muzikale activiteiten op school zijn tweeërlei:

1 Het knapenkoor 'Clemens non Papa' richtte hij op in 1957. Dit verdween met de opkomst van de vrije zaterdagen. 

De naam 'Clemens non Papa' steunt op een motet van die oude componist, dat de jongens met voorliefde zongen en speelden.

 2 'De Speelschaar' onder dezelfde naam leidde hij vanaf 1970. Hij nam de jongens over toen leraar E.H. Hugo De Lil verdween op de Normaalschool.

(Ignace De Sutter in 'Kasteelgalm', herfst 1981)

 - De muziekweken werden door Pol georganiseerd van 1980 tot 1994.