Boudewijn Dhondt
BDhondt1996Foto 1996

BDhondtFoto 2013

'Met de helm' geboren te Stekene, in ''t Hospice' met de hulp van dr. Eugeen Roggeman op 8 december 1940. 

Geaggregeerde lager secundair onderwijs Plastische Kunsten,

Tekenleraar Lagere Normaalschool - Centrale examencommissie,

Tekenleraar Athenea Nieuwe humaniora - Centrale examencommissie.

Vanaf 01.09.1961 docent Plastische kunsten aan de Bisschoppelijke Normaalschool Sint-Niklaas - Lagere en Middelbare Normaalschool. (Legerdienst schooljaar 1963-64 en vervangen door K. De Caluwé.)

Vanaf 1983 diocesaan inspecteur Plastische opvoeding, Handvaardigheid en Wetenschappelijk tekenen in het Secundair Onderwijs (alle richtingen) en in het Pedagogisch Hoger Onderwijs.

Voorzitter van verschillende leerplancommissies voor de beeldende vakken.

Lid van verschillende centrale examencommissies voor het Hoger Onderwijs.

Beëindigde zijn opdracht in de normaalschool op 01.01.1996 (TBS+55).

Gepensioneerd op 01.01.2001.

Lid en redacteur van de Heemkundige Kring d'Euzie te Stekene (www.deuzie.be)

Publiceerde in 2012 een dialectwoordenboek met 2700 Stekense woorden en de vertaling ervan.

1986 - zilveren jubileum: 25 jaar leraar in de Bisschoppelijke Normaalschool

Geboren op 8 december 1940, te Stekene, en nog steeds daar wonend, in de deelgemeente Kemzeke.

Diploma's behaald in de Broederschool te Sint-Niklaas, in Sint-Thomas te Brussel, en voor de Centrale Examencommissie.

Gehuwd met M-Thérèse van der Linden; twee kinderen: Helga en Johan.

Onderwezen vakken: plastische opvoeding, handvaardigheid, wetenschappelijk tekenen, schrift,... Vroeger in de humaniora, met o.m. 15 jaar cumul in de H. Familie, maar nu uitsluitend in de L.N.S. van de Bisschoppelijke Normaalschool.

"Waarom de redactie steeds van de jubilarissen wil vernemen wat hun lievelingsgerecht is, blijft mij een raadsel, want ik weet zeker dat ze niet van plan is ons dit gerecht ook bij gelegenheid te offreren. Nu, ik eet graag al wat ik een tijdje niet onder de tand heb gehad, behalve Italiaanse deegwaren."

"Wat ik graag drink, hangt af van wanneer we elkaar ontmoeten (als ik alleen ben drink ik enkel water): caffeïnevrije koffie, tomatensap, een 'witteke', een porto, een rode wijn of een sterk Belgisch blond bier.

Hobby's heb ik teveel om op te noemen, maar tijd tekort om ze te beoefenen. Het best kan ik me ontspannen op een pittoresk plaatsje, zittend in een laag vouwstoeltje, met een potje water naast mij op de grond, een tekenplank op de knieën en het aquareldoosje in de hand.

Sporten doe ik (met mate) in de natuur:, wandelen, fietsen en zeilen.

Behalve de Asterix-boeken lees ik zelden ontspanningslectuur. De boeken die ik lees vind ik in de boekhandel onder de rubrieken religie, mens-maatschappij, filosofie, pedagogiek, natuur.

De muziek die ik zelf graag zou willen (kunnen) spelen is de oude-stijl jazz. De muziek waar ik me liefst in onderdompel zijn de gezangen uit de slavisch-ortothoxe liturgie.

We gaan graag op reis, vooral om ons eigen tempo te kunnen leven, weg van een door 't werk geregeld leven. Een reis dus die nog alle kanten uit kan als het zover is. Geen op voorhand vastliggend programma. En kamperen natuurlijk, om dezelfde redenen.

Thuis ben ik altijd met verschillende karweitjes tegelijkertijd bezig, waardoor 'opruimen' volgens de algemeen geldende normen me omzeggens nooit lukt.

Het werk op school, en wat er allemaal mee samenhangt, zal me blijven boeien, zolang er ook voor mijzelf groeikansen inzitten, d.w.z. zolang ik voel dat ik er zelf ook iets aan heb.

Vooral de frequente ontmoetingen met vooral studenten en collega's in en buiten de eigen school, zijn in die zin meer verrijkend. Trouwens, zowel de aangenaamste herinneringen uit mijn loopbaan, als de onaangenaamste, hebben alles te maken met de kwaliteit van deze ontmoetingen.

Ik heb me overigens een prachtig vak gekozen: de beeldende vorming, zoals het nu genoemd wordt. Dit 'vak' is zo rijk aan vormingsmogelijkheden, dat ik binnen het onderwijs geen enkel ander vak zou wensen over te nemen, binnen het momenteel aangeboden pakket.

En als het onderwijs ooit failliet gaat, word ik liefst restaurateur van antiek en kunstvoorwerpen, met nog wat vrije tijd, waarmee ik dan nog alle kanten uitkan.

Maar zo'n vaart zal het wel niet nemen. In die 25 jaar heb ik van fundamentele veranderingen in het onderwijs wel veel horen praten en gelezen, maar in de praktijk heb ik er weinig last van gehad. Meestal mis ik ze.

Ook de studenten zijn niet veel veranderd. Ze haten nog steeds macht die hen wantrouwt en in hun plaats denkt en oordeelt, ze worden er danig door gefrusteerd en gestresseerd. Ze tonen echter respect voor gezag dat hen ernstig neemt. Ze kunnen er hun eigen ervaringen en gevoelens aan toetsen, en er zich aan verrijken (maar sommige studenten beginnen daar maar mee, nadat ze eerst wat schoppen onder hun broek hebben gekregen).

De grootste veranderingen merk ik vooral buiten het onderwijs. Mijn gazon bivoorbeeld. Onherkenbaar veranderd. Door de mollen."

('Kasteelgalm', lente 1986)

 

 

{gotop}