De wintertuin

Bij de bouw van de Bisschoppelijke Normaalschool in 1873 in de Kasteelstraat was er nog geen overdekking maar een open binnentuin.

De nieuwe school moet wel indrukwekkend geweest zijn, want een van de eerste leerlingen die op 13 oktober 1873 als intern zijn intrek nam, schreef aan zijn ouders:

"J'habite un palais plutôt qu'une maison, et la cour où je passe les récréations est bien plutôt un champ de manoeuvres qu'une place de jeux."

De totale kostprijs van de gebouwen bedroeg 168 614 fr.

1938

Om de familieleden van de internen beter te kunnen ontvangen, werd in 1937 begonnen met het overdekken van de binnentuin.

Eind januari 1938 was de wintertuin klaar.

Kostprijs van de werken:

*Levering en plaatsing van een ijzeren kapconstructie van 20 m x 20 m door Nobels-Peelman, Gazometerstraat te Sint-Niklaas: 25 993 fr.

*Timmerwerken door L. Spaenhoven-Verhille, Kokkelbeekstraat te Sint-Niklaas: 48 446 fr.

* Levering van 988 stukken glas, samen 462 m², door het Huis De Winter-Lambrechts, Kokkelbeekstraat te Sint-Niklaas: 7 890 fr.

*Bezetwerken door de firma Van Den Branden-Seghers, Monseigneur Stillemansstraat te Sint-Niklaas: 2 084 uren voor de bezetters en 500 diendersuren + materiaal: 27 555 fr.

Totaal: 109 884 fr.

(Ter vergelijking: enkele consumptieprijzen uit die periode: aardappelen (0,45 fr/kg), wit brood (2,10 fr./stuk), bier 'Speciaal' (12,00 fr/bak), kabeljauw (7,45 fr./kg), koffie 'Goede mengeling' (13,50 fr./kg), leidingwater (1,50 fr./m³); enkele uurlonen: bezetter: 7,30 fr./u.; diender: 6,30 fr./u.; loodgieter: 6,50 fr./u.; timmerman: 7,30 fr./u.)

Op 17 mei 1940, zeven dagen na de inval van Duitsland in België, werd Sint-Niklaas gebombardeerd. We lezen in de 'Kronijk van de Bisschoppelijke Normaalschool':

"Plots te 12.40 u. worden er bommen uitgeworpen, onder meer op het grondgebied van onze inrichting: een bom viel op de speelplaats zeer dicht bij de kapel en 5 bommen vielen op verschillende plaatsen in de tuin. 't Is één verwoesting: honderden ruiten zijn verbrijzeld, tientallen deuren zijn ingedrukt, honderden vensters zijn stuk... overal glasscherven, houtsplinters, enz. Gelukkig niet één dode... 't Is een droevig uitzicht."

Het herstellen van 255 m² glas aan de wintertuin kostte 19 125 fr.

Om eventuele verdere schade te beperken wordt het onderglas uit de koepel genomen en voor de rest van de oorlog veilig weggeborgen.

1992

Onze wintertuin was hoogstnodig aan herstelling toe, maar vooral moest hij behouden blijven want hij heeft 'iets', weet je nog?

Tijdens de grote vakantie startten de werken: uitnemen van het onderglas, het rooien van de te groot geworden palmbomen enz. In augustus was men begonnen met het vernieuwen van de dakgoten en het vervangen van het koepelglas.

Werken verlopen meestal nooit zo snel als verhoopt. Op zondag 13 september 1992 was onze wintertuin opgenomen in het programma van de Open Monumentendag. We vreesden voor de haalbaarheid hiervan maar op vrijdagnamiddag te 16.15 u. was de koepel 'dicht'.

We konden onze poort openen en de bezoekers vergasten op een tentoonstelling van onze buren-kunstenaars mr. en mevr. Herman en Ingrid Van Snick-Rosschaert.

De afwerking verliep verder. Verlichting werd geplaatst in de koepel, het onderglas werd verder aangebracht en Gilbert, de onderhoudstechnieker, deed de schilderwerken.

Op 23 januari 1993 werd de wintertuin geopend. Het was dan precies 55 jaar geleden dat E.H. directeur Steeman schreef: "Vandaag, op de vooravond van Franciscus van Sales, is onze wintertuin klaar".

(Dirk De Waele in 'In-fra', winter 1992-93)

Kunsthistorische betekenis van de wintertuin

Deze tuin, oorspronkelijk een buitentuin, werd overkoepeld in de jaren 1937-38. De reden die men toen gaf voor deze verbouwing was tweeledig: vooreerst wilde men de 'bezoekers' meer ruimte geven. Die 'bezoekers' waren ouders en familieleden van de toenmalige internen van de school. Anderzijds wilde men ook van de ingang een meer imposante en fraaie ruimte maken. Je kan stellen dat men daar zeker in geslaagd is.

De periode 1937-38, tussen de 2 wereldoorlogen, wordt het interbellum genoemd. De stad Sint-Niklaas was in volle expansie. Enerzijds hadden de verwoestingen van de Eerste Wereldoorlog een gedroomd werkterrein geschapen voor progressieve architecten, en anderzijds waren vele welvarende bedrijven aan uitbreiding toe. Ook handelaars en rijke industriëlen bestelden nieuwe woonhuizen en Sint-Niklaas liet gretig de toenmalige nieuwe vormentaal toe, de Art-Deco. Sint-Niklaas had namelijk op stillistisch vlak zeker geen eigen traditie waaraan in andere steden soms met een zekere verbetenheid werd vastgehouden.

Ook de wintertuin is in deze stijl opgetrokken, weliswaar met de beperking dat deze stijl moest geïntegreerd worden in het bestaande neo-classicistische gebouw. Vandaar dat dit dus een zeer sobere verwerking werd van de Art-Deco.

Art-Deco was niet zozeer een typische architectuurstijl, maar veeleer een 'stijl' die ook werd toegepast op de architectuur (zoals hier). 

Algemeen was de Art-Deco een reactie op de soms overdreven decoratieve smaak van de Art-Nouveau. Het belangrijkste stijlkenmerk van de Art-Deco is de stilering, de beheerste soberheid, de expliciete voorkeur voor een eenvoudige geometrie, en dit als reactie op de asymetrische zweepslaglijnen van de Art-Nouveau.

Deze kenmerkende elementen, nl. de contrasterende materialen en de voorkeur voor geometrische motieven, zijn duidelijk in de wintertuin aan te tonen.

Vooreerst het centraal element: de glazen lichtkoepel als blikvanger. Hier merk je duidelijk de voorkeur voor streng geometrische patronen. De glaspartij is samengesteld uit een decoratief spel van rechthoeken en driehoeken in alle mogelijke variaties. Hoewel dit geheel vrij streng en sober overkomt, moet men hierbij toch de verbeelding even laten werken, want oorspronkelijk waren hier contrastrijke kleuren in verwerkt om een decoratieve speling in het vlak te bekomen.

Reminiscenties hieraan ziet u in de glas-in-lood-ramen aan de kant van de eetzaal, waarin de geometrische verdeling wordt herhaald. Tevens ziet u daar ook voorbeelden van stilering: centraal de initialen van de school: BN (Bisschoppelijke Normaalschool) en aan weerszijden de gestileerde vogel (pelikaan), fontein, mand met brood en vissen: symbool van het geloof en de Eucharistie.

Kleurcontrast zoals de Art-Deco voorschrijft, vindt men nu helaas niet meer terug in het glasgewelf, maar wel in de vloer: rode en zwarte tegeltjes in een verrassend contrast met blauwe tegels, alles trouw in een strakke lineaire structuur aangebracht.

Ook materiaalcontrast zorgt voor kleurvariatie: let op de geglazuurde tegels, de okerkleurige bakstenen rondom de tuin, de zwarte granieten sokkel van de wit gecementeerde pijlers. Met deze sierlijke pijlers heeft men het strenge geheel wat willen verzachten, vooral door het decoratief effect van een zwachtglooiend kapiteel gesteund op een 3-voudige overkraging. Dit motief vind je terug aan weerszijden van de ingangsdeur en het vormt een bindend element voor de gehele ruimte. Ook de hoeken worden gemarkeerd door dezelfde pijlers.

De inkomdeur zelf is weer streng geometrisch van opzet.

Hier herken je de typische roedeverdeling in de ramen waarin glas-in-lood zorgt voor een decoratief kleurenspel.

(In-fra, zomer 1993)

 

 

{gotop}